Zoeken

Leek mist onderbouwing in kolendebat

Auteur

Wilma Berends

De leek die afgelopen weken de discussie volgde over het wel of niet sluiten van kolencentrales, kan slechts op gevoel bepalen of hij zich zal aansluiten bij de voor- of tegenstanders. Volgens Wilma Berends dreigt deze belangrijke discussie te verzanden in een welles-nietes discussie zonder onderbouwing. Zij wijst erop dat er voldoende cijfers voor handen zijn om wel de juiste conclusie te trekken: het sluiten van vier kolencentrales is haalbaar en betaalbaar.

Het sluiten van kolencentrales wordt genoemd als een belangrijke stap om te voldoen aan het Urgenda-vonnis. Daarin staat dat de CO2-uitstoot in Nederland voor 2021 drastisch moet verlagen. Voor velen hét argument om tegen sluiting te zijn, zijn de hoge kosten ervan. De miljarden vliegen ons om de oren, voornamelijk veroorzaakt door de hoogte van de investeringen bij het bouwen van centrales. Maar zijn de centrales nog wel zo veel waard? Minister Wiebes heeft tijdens een debat over het Klimaatakkoord laten doorschemeren het sluiten van de Amsterdamse Hemwegcentrale te overwegen. Eigenaar Nuon heeft daar eerder 55 miljoen euro voor gevraagd.

Het sluiten van de andere kolencentrales (twee in Rotterdam en een in de Eemshaven) zal meer gaan kosten, maar niet zoveel als de miljarden die er ooit in geïnvesteerd zijn. Bij in gebruik name in 2015 waren de centrales ruim 6 miljard euro waard. Een jaar later bleek uit onderzoek van Spring Associates dat daar alweer de helft van af was. In juni 2018 werd de eigenaar van de centrale in Rotterdam, Uniper, verkocht voor bijna 4 miljard euro. Op basis van de totale inboedel van Uniper valt af te leiden dat de huidige waarde van hun kolencentrale niet meer dan een paar honderd miljoen kan zijn.

“Sluiten kolencentrales kost Nederlander nog geen euro per maand”

Het sluiten van de centrales in Rotterdam en de Eemshaven zal Nederland dus rond de 1 miljard euro gaan kosten. Dat is natuurlijk veel geld, maar afgezet tegen de jaarlijkse inkomsten van het rijk (305 miljard euro) valt het mee: 0,3%. Zelfs in het geval dat de drie centrales nog evenveel waard zijn als in 2016, zullen de kosten van sluiting onder de 1% van de rijksinkomsten blijven. Ook de stroomprijs zal niet schrikbarend stijgen. Onderzoeksbureau SEO berekende dat de verwachte stijging 0,2 tot 0,4 cent per kWh zal zijn. Voor de gemiddelde consument komt dit neer op een verschil van nog geen euro per maand.

Ook wordt er veel gediscussieerd over de vraag of de kolenstroom niet gaat worden vervangen door nog vervuilender bruinkoolstroom uit Duitsland. CE Delft onderzocht in januari dat we daar niet bang voor hoeven te zijn. Als we de vier kolencentrales sluiten, gaat de stroom voor twee derde vervangen worden door gasstroom uit Nederland en Duitsland (gas stoot de helft minder CO2 uit dan kolen) en voor een derde door stroom van kolencentrales (geen bruinkool) uit Duitsland. Voor deze Duitse kolencentrales is recent ook een uitfaseringsplan voor gepresenteerd.

Tot slot zijn er ook zorgen over de leveringszekerheid. Vorig jaar stelde netbeheerder TenneT daarover al dat er genoeg alternatieven zijn voor de kolencentrales om niet in het donker te komen zitten. Voor de leveringszekerheid zijn de kolencentrales dus niet noodzakelijk. Sterker nog: de kolencentrales kunnen in de weg zitten voor de groei van windmolenparken op zee. De stroom van die parken komt onder ander in de Rotterdamse haven en de Eemshaven aan land, precies op de plek waar nu ook de kolencentrales hun stroom het net op laten gaan. Dat gaat ten koste van de netcapaciteit voor windstroom.

Alle argumenten en onderbouwingen op een rij, is maar één conclusie mogelijk: het sluiten van de vier kolencentrales is technisch haalbaar en Nederland is in staat de kosten te dragen. Het kabinet kan dus nu al een beslissing nemen. Daar hoeft het echt geen anderhalve maand meer op te studeren.

Wilma Berends

Wilma Berends is Programmaleider Energie in de gebouwde omgeving Natuur & Milieu. Op twitter is zij actief onder @Wilma_Berends