Zoeken

Zoeken naar een nieuw normaal

Coby van der Linde: "Internationale oliemarkt zal langzaam meer in balans komen"

Er wordt heel wat af-ge-bespiegeld over de prijsontwikkeling van ruwe olie. De meeste beschouwingen gaan over de rol van de Amerikaanse schalieolieproducenten. Als nieuw fenomeen in de internationale olie-industrie worden allerlei flexibele kwaliteiten aan deze nog jonge loot aan de oliestam toegekend die de OPEC-landen dwingen tot een nieuw perspectief op de oliemarkt.

Schalie

De prijsgevoeligheid van de schalieproducenten heeft zich inderdaad geuit in flinke efficiëntieverbeteringen, concentratie op de beste putten maar ook in het flink verminderen van de investeringen. De gedachte is dat bij een olieprijs van boven de 55-60 dollar per vat de productie weer redelijk snel kan worden opgevoerd en de markt kan balanceren. Deze geroemde flexibiliteit wordt beschouwd als het nieuwe normaal voor de rest van de wereld. Er kunnen echter behoorlijke vraagtekens worden gezet bij de korte termijn opwaartse flexibiliteit van schalieolie. Veel personeel is verdwenen uit de sector en het zal even duren (en wat kosten) voor voldoende ervaren en gekwalificeerde mensen zich weer richting schalieoperaties laten lokken. Ook de geslagen maar niet afgemaakte putten (DUC's) blijken minder flexibel dan gedacht. Net als het aanpassen aan lage prijzen bijna een jaar duurde, kan ook het aanpassen aan hogere prijzen tijd vergen. Vooral ook omdat investeerders wat schichtiger geworden kunnen zijn door het falen van enkele van de schaliesterren en Yellen de rentestand nu toch echt lijkt te gaan verhogen. Toch is de opkomst van dit compleet nieuwe verdienmodel van oliewinning ten opzichte van bijvoorbeeld de diepe offshore en teerzanden (relatief kapitaalintensieve winning met lange aanlooptijden), van belang voor de toekomst van de oliemarkt. Gestimuleerd door de daling in de olieprijs sinds 2014 heeft schalieolie zich in korte tijd van de dure periferie tot een bron in het middensegment van de globale olieproductiekosten genesteld.
““In het nieuwe normaal staat niet meer het zo lang mogelijk rekken van de olieproductie voorop, maar het zo goed mogelijk te gelde maken ervan””

Balans

Inmiddels is duidelijk dat langzamerhand de overproductie wat kleiner wordt vergeleken met de twee voorbije jaren, maar omvat nog steeds wel zo'n 1 miljoen vaten per dag. Vooral de productie van Amerikaanse schalieolie neemt af. Ook productieverstoringen in Canada (bosbranden), Libië (aanslagen) en Nigeria (sabotage) dragen bij aan het kleinere productieoverschot van vandaag. De OPEC-landen produceren gezamenlijk wel meer dan 2 miljoen vaten meer dan in 2014. Tegelijkertijd blijkt dat de vraag naar olie in 2015 sterk gestegen was. Volgens de BP Statistical Review of World Energy van juni 2016 heeft het de grootste stijging laten zien van alle energiebronnen. Gezien de terugloop van investeringen in nieuwe (conventionele) oliebronnen als gevolg van de lage olieprijs, en de natuurlijke vermindering van productie uit bestaande niet-OPEC bronnen van 5-6% per jaar, zal de internationale oliemarkt langzaam meer in balans komen. Na een lange periode van lage olieprijzen kan dan met het zoeken naar weer een nieuw normaal begonnen worden.

De Nieuwe Normaal

Die nieuwe normaal is nog best onzeker. De OPEC-landen hebben, voor zover zij dat individueel konden, de productie uitgebreid. Maar ook binnen de OPEC zijn de verschillen groot. Saoedi-Arabië, Irak en Iran hebben (de laatste door de nucleaire deal) hun marktaandeel kunnen uitbreiden gedurende de prijsdaling. Venezuela daarentegen is afgegleden naar een nog chaotischere toestand dan voorheen; zelfs een herstel van de olieprijs zal dat niet gemakkelijk ongedaan maken. De geroemde productieflexibiliteit van de OPEC waarin binnen een paar maanden tijd substantieel meer of minder werd geproduceerd, is weliswaar niet door de schaliesector geëvenaard, maar deze nieuwe ‘concurrent' is wel degelijk een factor van betekenis geworden. De Amerikaanse importmarkt, voorheen een belangrijke afzetmarkt voor OPEC-olie, is hoe dan ook gekrompen. In de internationale oliemarkt tekent zich bovendien een hernieuwde regionale concentratie af, waarbij het vechten blijft om een stukje van de groeimarkt in Azië. Daar ontmoeten de OPEC-producenten Rusland, die ter compensatie van de stagnerende Europese oliemarkt, ook wil profiteren van de Aziatische groei.

De toekomst dichterbij

Na het inzakken van de markt in 2014 is het lange-termijn perspectief voor de vraag naar olie namelijk fundamenteel veranderd. Voorheen betrouwbare en grote afzetmarkten als die in Europa groeien nauwelijks of zijn zelfs gekrompen. Voor landen met grote oliereserves, die bij de huidige productieniveaus nog meer dan 50 jaar meegaan, kan een ander toekomstperspectief leiden tot een andere marktbenadering. In de post-Parijse wereld zal de nadruk op energie- en koolstofefficiëntie steeds belangrijker worden. Het perspectief in welke periode een olieland de reserves kan monetariseren verandert mee met deze ontwikkelingen. In het nieuwe normaal staat niet meer het zo lang mogelijk rekken van de olieproductie voorop, maar het zo goed mogelijk te gelde maken ervan. Daarnaast krijgt olie, dat het vooral van de markt in transportbrandstoffen moet hebben, concurrentie van andere brandstoffen en/of technologieën. Hybride auto's, maar ook volledig elektrisch aangedreven personenauto's, snoepen in een aantal markten stukjes van het kleine beetje groei van de vraag af. Hoewel nu nog sterk gestimuleerd door overheidssubsidies, stijgende olieprijzen gecombineerd met dalende kosten, kunnen deze nieuwe transportmiddelen toegankelijker maken voor een bredere consumentengroep, zelfs wellicht steeds meer gedragen door de markt.

Finesse

In de komende jaren zal het voor OPEC-landen aankomen op het proberen te sturen van de internationale oliemarkt met meer finesse dan voorheen. De olieprijzen mogen niet te hoog worden om snelle vervanging in cruciale markten te voorkomen, maar ook niet te laag om noodzakelijke investeringen en begrotingen op peil te houden.

Dit nieuwe normaal, klinkt best bekend.

Coby van der Linde is directeur van het Clingendael International Energy Programme (CIEP)

Coby van der Linde

Coby van der Linde, senior fellow Centre for International Energy Policy (CIEP)