Zoeken

Een lekkere maaltijd gooi je nooit zomaar weg

Auteur

Roland Pechtold

Roland Pechtold biedt een aantal constructieve en transformationele oplossingen voor de nieuwe Energiewet.

We staan als Nederland aan het begin van de energietransitie. Door een tekort aan netcapaciteit wordt deze nu al op de handrem gezet. Duurzame energiebronnen als zonnepanelen en windmolens kunnen niet op het net worden aangesloten. Een probleem dat zich inmiddels in het gehele land voordoet en niet alleen meer in het noorden. De nieuwe Energiewet biedt een directe kans om oplossingen voor deze kwestie beleidstechnisch te faciliteren. Maar wordt deze kans wel gepakt?

De energietransitie is net begonnen. We staan voor een complexe uitdaging, omdat we overgaan op een compleet ander systeem. Dat betekent ook dat wet- en regelgeving aangepast moet worden. Zo wordt de huidige Elektriciteits- en Gaswet vervangen door de nieuwe Energiewet met als doel de wetgeving omtrent energie toekomstbestendiger te maken. De nieuwe wet bevat een groot aantal wijzigingen ten opzichte van de twee wetten die erin worden samengevoegd. Enkele van deze wijzigingen op het gebied van netaansluitingen behandel ik hier graag. Daarnaast bied ik een aantal constructieve en transformationele oplossingen.

“Met veel respect kijk ik naar de netbeheerders, hoe we samen met man en macht proberen de energietransitie te realiseren”

Een belangrijke wijziging in nieuwe Energiewet is dat de aansluittermijn en de absolute aansluitplicht voor netbeheerders wordt geschrapt. Met veel respect kijk ik naar de netbeheerders, hoe we samen met man en macht proberen de energietransitie te realiseren. Toch is het belangrijk om vast te houden aan een aansluitplicht en een maximale aansluittermijn. Het Klimaatakkoord is getekend, we lopen achter op al onze doelstellingen en klimaatverandering staat niet stil. In het licht daarvan zou het juist raar zijn om dit los te laten. Deze stok - de aansluitplicht en een maximale aansluittermijn - achter de deur is dan ook van essentieel belang.

Ontwikkelaars van grootschalige zonne-energie en windenergie zijn door de regels van de SDE- subsidie gebonden aan een maximale realisatietermijn van hun projecten. Het is dan contraproductief om een realisatieplicht en maximale realisatietermijn los te laten voor netbeheerders. Vergunde projecten die kunnen rekenen op veel draagvlak, maar uit de realisatietermijn van de SDE lopen doordat ze niet kunnen worden aangesloten belanden in de prullenbak. Operatie geslaagd, de regels zijn namelijk gevolgd, maar de patiënt, onze gezamenlijke doelstelling om onze energievoorziening te verduurzamen, overleden. Koppel daarom de realisatietermijn van de SDE-subsidie direct aan de realisatietermijn van de netaansluiting en het verkrijgen van capaciteit. Zo bepalen we zelf de houdbaarheidsdatum van onze samen gekookte lekkere maaltijd. En een lekkere maaltijd gooi je nooit zomaar weg.

Gezamenlijk - overheden, netbeheerders en ontwikkelaars - moeten constructief werken aan oplossingen. Dat gebeurt al, denk daarbij aan pilots met waterstof of het convenant ‘Stroom Betaalbaar op het Net’. Maar er zijn meer oplossingen die de energietransitie faciliteren en daarom verwerkt kunnen worden in de Energiewet:

1. Verplichten van cable pooling Wanneer zonne-energie en windenergie in elkaars directe omgeving worden ontwikkeld cable pooling, het gebruik maken van dezelfde aansluiting, verplicht stellen. De opwek van zonne- en windenergie kent namelijk maar een minimale overlap. Volgens Firan, een dochteronderneming van Alliander, kan er mogelijk tussen 2 en 4 GW extra zonne-energievermogen worden geplaatst door zonne-en windenergie te combineren. Een gemiste kans om het net optimaal te benutten en de maatschappelijke kosten beheersbaar te houden.

2. Voorrang geven aan duurzame energie Altijd voorrang voor duurzame projecten aansluiting én transport hanteren.

3. De grens van 10 MVA naar 3*80 ampère verlagen in de Energiewet Nu mogen alleen netbeheerders aansluitingen realiseren tot en met 10 MVA. Ontwikkelaars worden geconfronteerd met wachttijden van circa 150 weken voor een relatief kleine ‘zo op dak’-aansluiting bij een agrariër. Ontwikkelaars kunnen dit, met behoud van netintegriteit, veel sneller en goedkoper. Waarom zou je de grens van 10 MVA voor aansluitingen dan aanhouden? Maak het mogelijk om diepe netinvesteringen uit te besteden.

4. Aanbestedingen mogelijk maken Van aanbesteden van netaansluitingen de regel maken in plaats van het ‘first come first served’-principe. Zo krijgt iedereen een eerlijke kans en kan een potentieel duurzaam project die een grotere bijdrage levert aan de energietransitie worden aangesloten. De niet transparante systematiek van het ‘first come first served’-principe heeft geen enkele intelligentie van netbenutting in zich.

Vier constructieve en transformationele oplossingen die, met behulp van een krachtige samenwerking tussen netbeheerders en marktspelers, eenvoudig te implementeren zijn. ‘Laaghangend fruit’ voor de Energiewet, maar nog belangrijker, voor de broodnodige energietransitie.

Het netcapaciteitsprobleem zet, naast lange vergunningstermijnen voor duurzame energie, een handrem op de energietransitie. Samenwerken en innovatie is nu nóg belangrijker dan ooit. Elkaar de hand toereiken en verder kijken dan het eigenbelang. Beleid, de Energiewet, moet de energietransitie dienen, niet gijzelen. Het bepalen van de houdbaarheidsdatum van onze maaltijd hebben we zelf in de hand. Laten we er dan ook voor zorgen dat het niet het laatste avondmaal is voor de groei van duurzame energie en daarmee het Klimaatakkoord.

Roland Pechtold

CEO, GroenLeven zonne-energie