Misschien wel één van de belangrijkste passages in het Hoofdlijnenakkoord van het eerste kabinet-?? in wording is: “We houden ons aan de bestaande afspraken (…).” Dat is wezenlijk anders dan wat Geert Wilders een half jaar geleden zei: “Alle klimaatplannen kunnen door de shredder.” De linkse oppositie pakt, terecht, de bijzin van het akkoord er bij: “(…) alleen als we de doelen niet halen, maken we alternatief beleid.” En terecht staat deze bijzin er. Dat is Realpolitik! Iedere onderneming, iedere organisatie, iedere voetbalclub doet dat ook. Je moet doelen hebben, maar je moet eveneens kunnen, willen en durven bijstellen als dat nodig is. Idealen moeten gecombineerd worden met realisme. Enkele weken geleden lag Unilever-topman Hein Schumacher onder vuur, omdat hij de plannen en enkele doelstellingen van zijn voorgangers wat ‘afzwakte’. Die afzwakking was en is terecht, omdat een topman ook moet handelen naar gelang de realiteit. En misschien waren de doelstellingen van zijn voor-voorganger, de bewierookte Paul Polman, ook wel te ambitieus. Schumacher gaf aan dat de doelstelling om versneld over te stappen op hergebruikt plastic onmogelijk is wegens de schaarste aan geschikt hergebruikt plastic.
“Was het aan de vorige generatie om idealen te lanceren en aan deze generatie om het realisme terug te brengen?”
En aldus zijn er meer voorbeelden te geven, maar de hoofdkoers van verduurzaming staat vast. En terecht wijst het Financieele Dagblad in de krant van 4 mei op het feit dat na de ambitieuze generatie van mensen als Polman, de nieuwe generatie geconfronteerd wordt met de realiteit. Het doet me denken aan een seminar in 2009 waar ik namens energiebedrijf Delta moest spreken over energietransitie en allerlei wethouders zeiden dat hun gemeente in 2025 of 2030 ‘klimaatneutraal’ moest zijn. Op mijn vraag ‘wat ga je dan morgen doen?’, had men enkel als antwoord: ‘Dat weet ik nog niet, want dat is pas over 15 tot 20 jaar’. ‘Dat is nogal makkelijk richting je opvolger’, zei ik. ‘Als Delta proberen wij veertig jaar vooruit te kijken met onze investeringen’. Ergo: idealen met minder stelligheid brengen? Of was het aan de vorige generatie om idealen te lanceren en aan deze generatie om het realisme terug te brengen?
“In de klimaat- en energiediscussie komen steeds drie elementen terug: duurzaamheid, betaalbaarheid en voorzieningszekerheid”
Terug naar het Hoofdlijnenakkoord. Het motto hier is: Draagbaar, Haalbaar en Uitvoerbaar. Er zit heel veel in deze drie woorden. In de klimaat- en energiediscussie komen steeds drie elementen terug: duurzaamheid, betaalbaarheid en voorzieningszekerheid. Waar tien jaar geleden de focus lag op duurzaamheid, verschoof deze de laatste jaren al naar betaalbaarheid en zeker ook voorzienings- en leveringszekerheid (netten, grondstoffen, mensen). Terecht kwam Vereniging Eigen Huis eerder met het adagium ‘haalbaar en betaalbaar’. Het ‘haalbare’ lezen we iedere dag als we lezen over netcongestie, grondstoffenschaarste en openstaande vacatures. Hoe serieus het knelpunt van betaalbaarheid is blijkt ook uit een onderzoek van TNO over ‘energie-armoede’. Dit kabinet spreekt over ‘draagbaar, haalbaar en uitvoerbaar’, hiermee aansluitend op betaalbaarheid en voorzieningszekerheid. Anders gezegd: Eerst moet er geld zijn, vervolgens zijn materialen en grondstoffen nodig en tot slot moeten er mensen zijn die daadwerkelijk zorgen voor aanleg en uitvoering. Het beoogde kabinet wil daar overigens geen arbeidsmigranten voor hebben (!). Wel, en dat kan zo maar de uitvoerbaarheid bevorderen, wil het kabinet bureaucratie en regelgeving terugdringen. Voorzieningszekerheid wederom! Zie onder andere mijn eerdere column “The Good, the Bad and the Ugly”. Overigens speelt voorzienings- en leveringszekerheid ook in de zorg (IC’s, medicijnen, mensen), in het onderwijs (mensen), op het gebied van wonen (huizen, bouwvakkers) en op veel meer plaatsen. Is dan de winst, ook van alle scherpe debatten afgelopen twintig jaar, dat de gehele politiek verduurzaming en energietransitie, natuurlijk in verschillende gradaties, als randvoorwaarde neemt, maar dat enkel het tempo verschilt?
“Ik pleit al jaren voor investeren in kernenergie, maar vier stuks schuurt wel met idealisme en realisme”
Ik denk dat we op deze manier ‘draagbaar, haalbaar, uitvoerbaar’ moeten uitleggen. Het is ook hetgeen professor Laetitia Ouillet van de Universiteit Eindhoven recentelijk in de Groene Amsterdammer zei over het mogelijk aanstaande kabinet. Ze zei dat het nu, in tegenstelling tot tien jaar geleden, niet zoveel uitmaakt welk kabinet er komt, ook al heeft men weinig met verduurzaming. Zowel ondernemingen als particulieren hebben de knop omgezet naar verduurzaming en investeren hiernaar. Tot slot het plan voor vier kerncentrales. Ik pleit al jaren voor investeren in kernenergie, maar vier stuks schuurt wel met idealisme en realisme; haalbaar en uitvoerbaar?
En ja, het feit dat idealen vaak ingehaald, neergesabeld en teruggefloten worden door de realiteit is bekend en maken we dagelijks mee. Op de avond van de presentatie van het Hoofdlijnenakkoord al meteen. Ik reed op een weg waar straks weer 130 kilometer gereden mag worden, maar waar ik wegens werkzaamheden meer dan een uur in de file stond. Zelfs een lage snelheid was niet haalbaar, maar gelukkig was het bouwen aan de weg deze keer wel uitvoerbaar. Mijn humeur vanwege de file was amper draagbaar.