Zoeken

Rob de Wijk schaliegasdebat moet terug naar de basis

"We hoeven afweging over schaliegas pas over tien jaar te maken"

Het huidige debat over schaliegas bezie ik met enige verwondering. De publieke reacties op mogelijke proefboringen zijn overwegend negatief. Vooral de groep rond Boxtel manifesteert zich. In een democratie hoort dat ook zo. Voor mij is echter de grote vraag hoe we het voor elkaar krijgen dat die discussie over feiten gaat in plaats van over beelden. De beelden van aardbevingen, brandend kraanwater en verontreinigd grondwater zijn zo sterk dat angst het debat domineert.

Een op feiten gebaseerde discussie is onmogelijk zolang geen proefboringen worden uitgevoerd. Ik heb al eerder op deze plaats opgemerkt dat voor- en tegenstanders selectief winkelen in feiten en dat de milieulobby schaliegas ziet als een bedreiging voor de energietransitie naar volledig duurzaam. Het debat is gepolariseerd, gepolitiseerd en door selectief te winkelen feitelijk feitenvrij. Sommige reacties op bijvoorbeeld het schaliegasrapport dat in opdracht van het ministerie van Economische Zaken werd geschreven zijn ronduit karikaturaal.

Milieudefensie sprak van "broddelonderzoek" en "een slordige haastklus". Milieudefensie kon moeilijk anders. In mijn column van 2 mei haalde ik de organisatie al aan: "Milieudefensie is ervan overtuigd dat als het onderzoek naar de risico's grondig en onafhankelijkheid plaatsvindt, de PvdA zal concluderen dat schaliegas niet veilig en tegelijkertijd economisch gewonnen kan worden". De uitkomsten van het onderzoek stonden voor de organisatie, met of zonder onderzoek, van te voren vast.

Dat is even onwetenschappelijk als de 55 hoogleraren in Trouw (22 juni) die gezien hun wetenschappelijke achtergrond, net als ik, in grote meerderheid niet kunnen beoordelen of het gas bijvoorbeeld veilig kon worden gewonnen. Hoogleraar Wim Turkenburg stelde terecht voor om eerst de uitkomsten van onderzoek af te wachten en pas daarna stelling te nemen.

Door gepolariseerde en feitenvrije posities worden in dit geval de milieubeweging en de wetenschap in diskrediet gebracht en wordt het schaliegasdebat niet gediend.

Interessant is dat het Rathenau Instituut in een recent rapport over het schaliegasdebat constateert dat het debat vooral over technische risico's en economische voordelen is gegaan. Inderdaad zijn die aan de orde geweest, maar ik constateer tevens dat zolang er geen proefboringen hebben plaatsgevonden de echte feiten niet op tafel liggen.
“"Met het onderzoek wordt een onzalige discussie geparkeerd"”
Het Rathenau Instituut vraagt meer aandacht voor de maatschappelijke belangen zoals de drinkwatervoorziening en de lokale bedrijvigheid. Bovendien moet er naar de bevolking worden geluisterd, want anders voelt die zich niet serieus genomen. Een van de aanbevelingen om het debat uit het slop te halen is een goede samenwerking tussen nationale en lokale overheden. Niemand kan daar tegen zijn, lijkt mij. Een probleem dat het instituut constateert is dat er in de vergunningverlening geen formele weigergronden zijn die betrekkingen hebben op de mogelijke effecten voor het milieu of de ruimtelijke inpassing. Daarin moet verandering komen. Een andere aanbeveling is dat het debat moet worden verbreed zodat duidelijk is of er een publiek belang gediend is met de schaliegaswinning.

Ik ben het met de aanbevelingen van het rapport van het Rathenau Instituut eens. Maar verwacht niet dat ineens debatten niet meer op grond van beelden worden gevoerd. Zo werkt het niet in de moderne, door sociale media en vluchtige traditionele media gedomineerde werkelijkheid. Aan de vooravond van het referendum over Europa in 2004 kreeg elke Nederlander het Europese Verdrag toegestuurd. Te ingewikkeld en te veel, was de kritiek. Europa werd vervolgens afgewezen op grond van beelden en bangmakerij, niet op grond van de feiten die in elk huishouden aanwezig waren.

De oplossing is om terug te gaan naar de basis. Onderzoek moet uitwijzen hoeveel schaliegas er is, waar het in de grond zit en of dat op verantwoorde wijze kan worden gewonnen. We hebben momenteel geen extra gas nodig, omdat pas over ruim tien jaar de productie van het Groningse gas zover afneemt dat gas moet worden geïmporteerd. Pas tegen die tijd hoeft een afwegingen worden gemaakt tussen duurzame energie als wind en zon, meer gasimporten uit bijvoorbeeld Rusland en de eigen winning van schaliegas. Als een harde knip wordt gemaakt tussen onderzoek en winning, wordt tijd gekocht, een onzalige discussie geparkeerd en kan het debat echt op basis van feiten worden gevoerd.

Rob de Wijk

Rob de Wijk is directeur van het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) en professor Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Leiden. In zijn column gaat hij in op de energievoorziening in het licht van de internationale verhoudingen.