Zoeken

Hervorming elektriciteitsmarkt - Niet sleutelen aan iets dat al werkt

Auteur

Hans van Cleef

Hans van Cleef hoopt dat de consultatie over de hervorming van de elektriciteitsmarkt voldoende inzicht heeft geboden aan de Europese Commissie om een weloverwogen besluit te nemen. “Een besluit waarbij beeldvorming niet noodzakelijkerwijs de voorkeur geniet boven transparantie en liquiditeit.”

De consultatie van de Europese Commissie (EC) over de mogelijke hervorming van de elektriciteitsmarkt is ten einde. Eind van dit kwartaal zal de EC met een besluit komen of, en zo ja hoe, de elektriciteitsmarkt hervormd moet worden. Eind augustus 2022 kondigde de voorzitter van de EC, Ursula Von Der Leyen, al aan dat er wat haar betreft structurele hervormingen van de elektriciteitsmarkt moeten worden doorgevoerd. Het feit dat de elektriciteitsprijzen astronomische hoogtes bereikten in augustus, vooral als gevolg van de hoge gasprijzen, zou aantonen dat de markt niet goed functioneert. Het marktmodel werd ruim 20 jaar geleden ontwikkeld, en zou niet meer voldoen nu de marktprijzen van hernieuwbare en fossiele energiebronnen soms verder uiteenlopen. Het ‘voelt’ immers niet eerlijk dat mensen met groene energiecontracten en diegene die veel energie opwekken via zonnepanelen of via een lokale energie-coöperatie, ook een hoge prijs moeten betalen voor stroom dat zij van het net afnemen.

“Aanpassing van de elektriciteitsmarkt kan leiden tot een verslechtering”

De meningen binnen Europa zijn echter verdeeld. Het feit dat het Marktcorrectiemechanisme (MCM) voor gas – ook wel prijsplafond genoemd – uiteindelijk een tandeloze tijger is geworden, is vooral het gevolg van het vinden van een consensus tussen uiteenlopende meningen, en daarmee verschillende belangen, tussen de lidstaten. Het risico bestaat dat de aanpassing van de elektriciteitsmarkt ook enkel leidt tot een verslechtering van het systeem, zonder een passend alternatief te hebben. Vergeet hierbij niet dat het probleem vooral zit in bij de onderliggende fundamentele veranderingen ten aanzien van het aanbod van de prijs-zettende factor, in dit geval grotendeels bij de gasmarkt. Door minder eigen productie in Nederland – en daarmee in Europa – en een sterke afname van de import vanuit Rusland, zijn we veel afhankelijker geworden van importen van vloeibaar gemaakt aardgas (LNG) op de mondiale markt. Dit is een krappe markt, en krapte gaat gepaard met hoge prijzen als de vraag niet sterk daalt. De oproep van Von Der Leyen afgelopen zomer om de gasvoorraden ‘kost-wat-het-kost’ voor de winter te vullen, bleek ook een sterk prijsopdrijvend effect te bewerkstelligen.

Deze consultatie ging vooral over de vraag of de huidige methode van prijszetting op basis van de merit order afdoende is, of dat er ook van andere methodes gebruik gemaakt moet gaan worden. Volgens de merit order wordt er aan de vraag naar elektriciteit voldaan door de productie van elektriciteitscentrales te rangschikken op basis van marginale kosten (kosten die één extra product met zich meebrengt). Een alternatief zou zijn om veel meer te werken met langetermijncontracten die zekerheid bieden wat betreft het prijsniveau voor zowel de energieproducent als de -consument. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld ‘Power Purchase Agreements’ (PPA’s) en ‘Contracts for Difference’ (CfD’s). PPA’s zijn langetermijncontracten waarbij de afnameprijs van tevoren overeengekomen wordt tussen aanbieder en vrager. CfD’s zijn contracten waarbij het verschil tussen de geldende marktprijs en een vooraf afgesproken afnameprijs wordt betaald door de koper of verkoper, afhankelijk van een positief of negatief verschil tussen deze prijzen.

“Minder liquiditeit biedt niet per se lagere prijzen”

Een belangrijk risico van meer contracten tussen twee partijen, zonder tussenkomst van de markt dus, is dat de liquiditeit op deze handelsplatformen afneemt. Hierdoor kan de prijsbeweeglijkheid (volatiliteit) toenemen en kunnen de prijzen juist verder stijgen. Daarnaast wordt de handel veel minder transparant. Het besluit om in te grijpen in de gasmarkten was voor ICE Futures Europe – een beurs voor energie-futures en -opties – aanleiding om een parallelle markt voor gascontracten op te tuigen buiten de EU om continuïteit van de gashandel te kunnen waarborgen. Bij een te groot ingrijpen in de elektriciteitsmarkten zou een vergelijkbare actie voor elektriciteitscontracten ook denkbaar zijn. De European Network of Transmission System Operators for Electricity (ENTSOE) pleitte in zijn reactie op de consultatie ook voor het zorgdragen voor liquiditeit. De ENTSOE gaf aan dat investeringen in hernieuwbare en CO2-arme energie en in flexibiliteit in het systeem moeten worden gestimuleerd door sterke prijssignalen. Om deze investeringen te waarborgen is het van belang om prijssignalen niet te verstoren. Het marktontwerp moet de netbeperkingen en de operationele uitdagingen goed weerspiegelen. Ook Europese regelgevers Agency for the Cooperation of Energy Regulators (ACER) en de Council of European Energy Regulators (CEER) gaven aan dat zij een liquide future handel prefereren boven bilaterale PPA’s. Dit zou de marktefficiëntie en transparantie negatief beïnvloeden. Daarnaast zijn PPA’s niet voor alle marktpartijen toegankelijk omdat je flink wat volume moet genereren of kopen.

“Meer PPA’s sluit afhankelijkheid energiemarkten niet per se uit”

Onlangs was ik bij het ‘Evenement Hier Opgewekt’ in Amersfoort. Hier kwamen veel marktpartijen bijeen die vooral op lokaal niveau operatief zijn. Energie-coöperaties, gemeentes, en andere betrokkenen spraken hier over lokale initiatieven en mogelijke samenwerkingen. Tijdens de sessie waar ik een bijdrage leverde, spraken we over het nut en de noodzaak van onder andere PPA’s. Een PPA of een CfD kan namelijk zekerheid bieden qua opbrengsten van een zon- en/of windpark waardoor de financiering makkelijker is rond te krijgen. Daarnaast biedt het de consument zekerheid dat zij de opgewekte elektriciteit voor een vaste prijs kan aankopen. Waar het geen oplossing voor biedt, is de prijs die je moet betalen voor de momenten dat de elektriciteit niet geleverd kan worden, bijvoorbeeld tijdens momenten van ‘schemerluwte’ (geen zon, geen wind). Dan zal de elektriciteit toch vanuit het net moeten worden onttrokken, en dus de ‘marktprijs’ moeten worden betaald. Het is dan ook goed om te beseffen dat het ene instrument – bijvoorbeeld PPA’s – niet per se het gebruik van het andere instrument – markt futures – uitsluit. Het is dan ook te hopen dat de consultatie voldoende inzicht heeft geboden aan de EC om een weloverwogen besluit te nemen. Een besluit waarbij beeldvorming niet noodzakelijkerwijs de voorkeur geniet boven transparantie en liquiditeit.

Hans van Cleef

Hans van Cleef is Hoofd Energy Research & Strategy bij Publieke Zaken. Op Twitter is hij actief onder @hansvancleef. Hij schrijft zijn columns op persoonlijke titel.