Alle strapatsen van Donald Trump ten spijt, op 20 januari zullen toch echt Joe Biden en Kamala Harris worden geïnstalleerd als president respectievelijk vicepresident van de Verenigde Staten. Het lijkt me goed Harris er steeds maar te noemen omdat er, gezien de respectabele leeftijd van de toekomstige president, een bovengemiddelde kans is dat Harris op zeker moment president wordt. Het is dus van belang van meet af aan ook weet te hebben van haar denkbeelden en plannen op het gebied van klimaat en energie, naast die van Biden zelf. En van die van John Kerry, die op het moment van schrijven net genoemd is als speciale klimaatgezant, tevens lid van de nationale veiligheidsraad.
De teksten over klimaat op Joe Biden’s website en de transitiewebsite die de overgang naar het nieuwe presidentschap voorbereidt, luiden een nieuw tijdvak in. Dat is niet zo moeilijk na vier jaar ecologisch (en dat niet alleen) schrikbewind door een zelfzuchtige president met een kwaadaardig- narcistische persoonlijkheidsstoornis. Dat is op zichzelf al ernstig, maar misschien nog wel ernstiger is dat dik 70 miljoen Amerikanen hem met hun stem hebben gesteund en kennelijk ook zijn beleid ondersteunen. Het is goed dat in gedachten te houden als klimaatbezorgden (mensen zoals jij en ik dus – Madurodamtrumpjes als Thierry Baudet lezen Energiepodium vermoedelijk niet) overweldigd dreigen te raken door een overmatig optimisme over de grote beleidsveranderingen die ons nu te wachten zouden staan.
“Een overwegend Republikeinse senaat kan heel wat plannen op klimaatgebied tegenhouden”
Die moeten we immers nog maar afwachten. Hoewel in de VS het winner takes all-systeem geldt, blijven die slordige 70 miljoen Amerikanen die Trump en de Republikeinse partij steunen toch een machtsfactor van betekenis. Trump nam winner takes all letterlijk, en wenste zich geen zier aan te trekken van de opvattingen van de Democraten. Het ziet er naar uit dat Biden wel bruggen wil bouwen met de oppositie, en alleen al om de gruwelijke polarisatie in dat land te verminderen regelmatig handreikingen aan de Republikeinen zal willen doen.
Daarnaast, zeker zo belangrijk, kent de Senaat de komende twee jaar mogelijk nog een Republikeinse meerderheid, en het is nog maar afwachten wat de samenstelling zal zijn over twee jaar als weer een volgende tranche senatoren op het pluche wordt gekozen. Een overwegend Republikeinse senaat kan heel wat plannen tegenhouden. Dat beperkt de reikwijdte van Biden en Harris, ongetwijfeld ook op klimaatgebied. Wellicht kan er af en toe wat via een presidentieel decreet worden geregeld, zoals ook Obama deed om zijn Clean Power Plan gerealiseerd te krijgen, maar dat kon dus ook door zijn opvolger met een nieuw decreet worden teruggedraaid. De kunst is klimaatbeleid wettelijk vast te leggen, maar om dat te kunnen doen zal Biden een enorme scheut water in de binnenlandse klimaatwijn moeten doen.
“Vertrek van Trump maakt het voor epigonen minder gemakkelijk de ecologische ram- en rampkoers te kopiëren”
Eén actie moet hoe dan ook zonder Republikeinse instemming te regelen zijn: nieuw gezag en nieuwe middelen voor de klimaat- maar ook andere wetenschap. “Nog vier jaar Trump zou de Amerikaanse wetenschap niet overleven”, zei de bekende en veelgeplaagde professor Michael Mann onlangs tegen nu.nl. Hopelijk kan de kennisinfrastructuur in de VS zich snel herstellen.
Vooral op het internationale speelveld zijn veranderingen te voorzien, nu de VS weer in het Parijse klimaatakkoord gaat meedoen. De foto waarop John Kerry het akkoord ondertekent met zijn kleindochter op schoot haalde de wereldpers. Hij mag dat werk wereldwijd voortzetten, en dat gaat in elk geval lucht geven op het wereldtoneel waar enkel door samenwerking het prisoner’s dilemma kan worden doorbroken. Daarnaast maakt het vertrek van Trump het voor epigonen als Bolsanaro in Brazilië wellicht ook wat minder gemakkelijk de ecologische ram- en rampkoers te kopiëren.
We mogen enige hoop hebben dat de internationale onderhandelingsprocessen dan wat soepeler kunnen gaan verlopen, al garandeert dat niet de uitkomsten van die processen ook hoopvol zijn. Vooralsnog koersen we nog steeds op 3 graden opwarming deze eeuw, alleen doen we dat dan de komende jaren wat fatsoenlijker dan onder Trump. Dat klinkt cynisch, maar het is toch van belang: Om de gevolgen van de klimaatverandering (en nog fnuikender biodiversiteitsverliezen) op te vangen zullen we fatsoenlijke waarden als verbinding, mededogen en solidariteit hard nodig hebben. Die lijken me bij Biden en Harris in elk geval in betere handen dan bij Donald T. te Mar a L.